Investeringskosten in zonnepanelen verlaagd met Zonnig Zuid-Holland

Dakeigenaren lopen geregeld tegen de investeringskosten van zonnepanelen aan. Soms is de levensduur van de dakbedekking niet meer voldoende of moet een geheel nieuwe dakconstructie worden aangelegd om het gewicht van de zonnepanelen te dragen. De nieuwe subsidie neemt deze investeringskosten weg. Ook kun je met de subsidie lichtgewichtpanelen installeren.

Je komt in aanmerking als er minimaal voor 15 kWp zonnepanelen (circa 45 stuks) op het dak kunnen worden geïnstalleerd. Het subsidiebedrag is afhankelijk van het vermogen aan zonnepanelen dat wordt gerealiseerd.

Voordelig samenwerken met coöperatie

De regeling is ook bedoeld om ervoor te zorgen dat er meer grote daken beschikbaar komen voor energiecoöperaties. Dakeigenaren kunnen hun dak verhuren aan een energiecoöperatie, die zelf de zonnepanelen installeert en al het regelwerk voor haar rekening neemt. Via een energiecoöperatie kunnen ook inwoners zonder dak investeren in en gebruikmaken van duurzame energie.

De provincie maakt deze deal aantrekkelijker met subsidies van 2500 tot 5000 euro voor de dakeigenaar, afhankelijk van het vermogen aan zonnepanelen dat wordt gerealiseerd.

Blijvende bezwaren zonnepanelen

Voor bedrijven die eigenaar zijn van hun eigen pand is de installatie van zonnepanelen een logische investering. Het levert een mooi rendement, dankzij de mogelijkheden tot investeringsaftrek en de zekere inkomsten via een SDE+-subsidie. Maar voor veel bestaand bedrijfsvastgoed zijn er bedrijfsmatige bezwaren die de installatie tegenhouden.

Eigendom en gebruik van daken

Dit heeft meestal te maken met de eigendoms- en gebruiksverhoudingen. Eigenaar en huurder van een pand zijn vaak verschillende partijen met verschillende belangen. Huurovereenkomsten hebben een andere looptijd dan de exploitatie van de zonnepanelen, die op 15 jaar is gesteld.

Dit bezwaar is echter niet in steen gebeiteld, zolang huurder en eigenaar op zoek willen naar een win-winsituatie. Stel bijvoorbeeld een langere huurovereenkomst op van 10 jaar, die de hele terugverdientijd van de investering bestrijkt. Dankzij de daling in energiekosten, is de huurder wellicht bereid een iets hogere huurprijs te betalen om de investering deels te vergoeden. Aan het eind van de huurovereenkomst houdt de eigenaar bovendien een pand over die meer waard is dankzij de nog bruikbare zonnepanelen.

Ook in samenwerking met een coöperatie is eigendom in het geding. Een tweede (of derde) partij met recht van opstal op het dak belemmert een ondernemer in zijn bewegingsvrijheid. Het eigendom is bezwaard door een recht van opstal en daardoor minder makkelijk te verkopen. Bovendien kan er geen investeringsaftrek worden toegepast of SDE+-subsidie worden aangevraagd als de installatie niet in eigendom is van de ondernemer. Dit laatste kan overigens deels worden verholpen door het dak te verdelen over de partijen.

Rompslomp en rendement

Ondernemers kijken op tegen het werk dat een investering in zonnepanelen kost. Is het al die moeite waard? Ondernemers hebben als grootverbruiker vaak al een gunstig energiecontract, waardoor de bespaarde kosten beperkt zijn. Daarbij is ‘energieleverantie’ niet hun core-business. Ten slotte werken verzekeraars niet altijd mee. Zij vragen hogere premies voor een pand met zonnepanelen, wat het rendement verlaagt.

Wil je toch de stap wagen, dan is het haast niet mogelijk om alles zelf uit te zoeken vanwege de ingewikkelde procedures en technische aspecten. Schakel een duurzaamheidsadviseur in of besteed de installatie uit aan een coöperatie. Dit kost je misschien wat bewegingsvrijheid, maar het scheelt ook een hoop kopzorgen.

Volgende stap?

De regeling Zonnig Zuid-Holland is de eerste stap in een breder plan om zonnepanelen op daken in de provincie te stimuleren. Hopelijk adresseren volgende maatregelen de bedrijfsmatige bezwaren.