OPBR verheldert en verenigt

College start gesprek over bedrijfsleven BR in 2040

Het college presenteerde begin september de ‘Startnotitie Bedrijvenvisie 2040’ aan de raad. Dit document vormt een opzet voor de bedrijvenvisie die in de Omgevingsvisie terecht zal komen. Jan Oostveen, voorzitter van het OPBR, sprak in tijdens de raadsvergadering om deze notitie extra kracht bij te zetten. Daarna is de notitie behandeld in de Commissie Ruimte.
opbr-aangenaam

Agrarische sector

De Startnotitie biedt een korte inkijk in trends in de agrarische sector. Het laat zien dat een aanzienlijk aantal bedrijven in deze sector waarschijnlijk stopt in de komende twee decennia. Het aantal melkveehouderijen neemt gestaag af en tegelijkertijd stijgt de gemiddelde omvang van de cultuurgrond per bedrijf. Het totaal grondgebruik neemt wel af.

Een aantal bedrijven zal met verbreding van het verdienmodel kunnen blijven bestaan. Het merendeel van de bedrijven is echter vooral gebaat bij investeringen in de verduurzaming van de bedrijfsvoering.

Bedrijventerreinen

De Startnotitie erkent de grote, lokale vraag naar ruimte voor bedrijfshuisvesting op bedrijventerreinen. Bodegraven-Reeuwijk kent op 1 januari 2020 bijna 91 ha netto actief bedrijventerrein verdeeld over achttien bedrijvenlocaties. Bijna de helft van de werkgelegenheid bevindt zich op deze bedrijventerreinen (46%). Door transformatie van bedrijfslocaties naar woningbouw loopt – zonder de ontwikkeling van nieuw terrein – het totaal aan oppervlak voor bedrijfshuisvesting in de komende decennia echter terug met minstens 12% (12,5-16,5 hectare).

De RvHID en OPBR hebben aangegeven dat er behoefte is aan 24 hectare bedrijventerrein nabij de kern van Bodegraven naast de 7 hectare op Zoutman West. Deze ruimtevraag komt voort uit de behoefte van reeds in de gemeente gevestigde bedrijven, in het bijzonder in Bodegraven. Verdichten en bouwen in de hoogte op de bestaande dichtbezette terreinen biedt geen oplossing, want de bedrijventerreinen zijn al heel dicht bezet.

Zoutman West is al opgenomen op de provinciale lijst voor mogelijk nieuwe bedrijventerreinen. Voor een mogelijke locatie Bodegraven is in de regionale verkenning een ruimte van 11 hectare opgenomen voor de periode 2020-2030 en mogelijkheden voor 7 hectare op langere termijn (2030-2040). Het grootste gedeelte van die 18 hectare is al nodig om te compenseren voor de verdwijnende bedrijfsgrond door de transformatie naar wonen.

De gemeente is aan zet om te bepalen wat voor gemeente ze wil zijn. Het provinciale beleid is echter bepalend. Aan het einde van deze zomer heeft de provincie een bedrijventerreinenstrategie ontwikkeld voor Zuid-Holland, waarbij uitbreiding met bedrijventerreinen uitzonderlijk zou zijn. Na het verschijnen van deze provinciale strategie heeft OPBR-voorzitter Jan Oostveen ingesproken in provinciale staten om aan te geven dat bij de nood in Bodegraven-Reeuwijk echt hoog is. Dit betoog wordt ondersteund door de overige gemeenten in bestuursregio Midden-Holland (Gouda, Krimpenerwaard, Waddinxveen, Zuidplas en Bodegraven-Reeuwijk).

Gewenste investeringsklimaat

Het college geeft aan nauw op te trekken met het OPBR en dringt er bij de raad op aan om goed te luisteren naar de wensen van het bedrijfsleven. De Opstartnotitie spreekt de ambitie uit om een goed vestigingsklimaat te scheppen dat zich kenmerkt door innovatieve ontwikkelingen. 

Het college ziet daarvoor meerdere mogelijkheden. Regionale samenwerking in het Triple Helix-overleg helpt bijvoorbeeld om projecten op te starten op de gebieden waar de regio sterk in is. Ook helpt het om een aantal tastbare vraagstukken op te lossen, zoals de vraag naar technische geschoold personeel. Er loopt nu, in samenwerking met het OPBR, een verkenning of er genoeg bedrijven zijn om een Centrum voor Innovatief Vakmanschap (CIV) van het Rijnland College te vestigen in Bodegraven-Reeuwijk: een TechnoHub Duurzaamheid.

Het college trekt ook samen op met het OPBR in grote infrastructuurdossiers, zoals ‘A12 Gouda – Utrecht’ en Beter Bereikbaar Gouwe. De logistieke branche is sterk in Bodegraven-Reeuwijk vanwege de unieke locatie en de goede bereikbaarheid. Dat moet zo blijven.

Het college wil daarnaast inzetten op verduurzaming. Hierin wordt samen opgetrokken met OPBR Duurzaam, dat het bedrijfsleven onder andere vertegenwoordigd in de Regionale Energie Strategie. De verduurzaming van bedrijven is niet per se met de vraag naar meer ruimte voor bedrijvigheid verbonden, maar kan wel makkelijker ruimte krijgen op nieuw te ontwikkelen bedrijventerrein. Aan het terrein kunnen duurzaamheidseisen gesteld worden en hier is wellicht ruimte voor meer circulair werken. 

Duurzaamheid en logistiek komen samen in het nieuwe samenwerkingsverband A12-corridor, waarin de gemeente op uitnodiging van VNO/NCW en de provincie meedoet. In dit verband wordt gewerkt aan de vorming van een logistieke hotspot in Zuid-Holland als een van de economische motoren van de provincie. Het eerste project is om de opwekking van waterstof in de regio te ontwikkelen als brandstof voor vrachtwagens.

Scenario’s

In de Startnotitie worden drie mogelijke scenario’s genoemd: laag dynamisch, duurzaam dynamisch en hoog dynamisch: Laag dynamisch
    • Alleen bedrijventerrein Zoutman West wordt ontwikkeld (7 ha). De oppervlakte voor bedrijfshuisvesting loopt terug en alleen in de hoogte is (op sommige plekken) een optie. In dit scenario is het niet zinvol veel te investeren in economische samenwerkingsverbanden.
Duurzaam dynamisch
    • Naast Zoutman West wordt ook de bedrijfsruimte in Bodegraven uitgebreid. De door transformatie naar wonen verloren ruimte op bedrijventerreinen wordt gecompenseerd en er is ruimte voor uitbreiding en optimalisatie. Dit biedt onder andere kansen om nieuwe, duurzame activiteiten te ontplooien. Het is de moeite waard om te investeren in economische samenwerking en enige fysieke ruimte vrij te maken om ontwikkelingen mogelijk te maken.
Hoog dynamisch
    • Naast Zoutman West en bedrijfsruimte in Bodegraven voor de lokale ruimtevraag, komt ook ruimte voor de verplaatsing van bedrijven vanuit het buitengebied en voor bedrijven van buiten. Er kan gefocust worden op een clustering van food- en distributiebedrijven en energieopwekking. Het is de moeite waard om te investeren in economische samenwerking en enige fysieke ruimte vrij te maken om ontwikkelingen mogelijk te maken.

Behandeling van de notitie

De Commissie Ruimte heeft op 16 september de Opstartnotitie besproken, maar deze bespreking wegens tijdgebrek niet kunnen afronden. De notitie staat nogmaals op de agenda voor 14 oktober.

Ja, ik wil op de hoogte blijven!

Aanmelden nieuwsbrief
Sluiten